MIJN JEUGD,MIJN LEVEN
1946 TOT 1961

HOME

IK BEN EEN ECHTE DELVENAAR GEBOREN EN GETOGEN. HIER WIL IK IETS VERTELLEN OVER MIJN LEVEN, EN MIJN  STAD, EN WAT ER ALLEMAAL VERANDERDE,
EN WAT IK ME HERINNER.

NEXT

  DELFT-ONLINE    NOSTALGIE     JAREN 50      JAN LAGENDIJK

GEBOORTEHUIS OOSTEINDE 144A HOEK ORANJESTRAAT HEKJE BOVEN LINKS

  

Mijn ouders hebben elkaar ontmoet bij http://www.dansschool-wesseling.nl/ in parochiehuis in Pijnacker, waar mijn moeder vandaan komt, vlak na de oorlog in 1946, mijn vader was 26, moeder was 23 jaar.
Mijn vader had "arbeit" moeten verrichten in Duitsland tijdens de oorlog, en had het laatste jaar van de oorlog bij een "goede" Duitser in Hamburg ondergedoken gezeten.
Toen mijn vader mijn moeder ontmoette, was zij betrekkelijk snel zwanger, en dat was natuurlijk een schande vroeger, en ze durfde het niet tegen haar vader te vertellen, maar toen je het al bijna kon zien, hebben ze het maar verteld, en het enige wat haar vader zei was: "nou ,
dan moet er vlug getrouwd worden",
dus 16 januari 1946 zijn ze getrouwd.
Ze gingen wonen bij de ouders van mijn vader, mijn oma en opa Krul, Oosteinde 144a, hoek Oranjestraat, in het kleine hoekkamertje met hekje, 
ZIE FOTO BOVEN. 
Mijn grootouders woonde daarvoor in Donkerstraat 47,
waar ook mijn vader op 6 Januari 1920 is geboren,
en mijn oma Krul-Verleg is op 2 Mei 1885
in de Harmenkokslaan  nr. 20 is geboren.
Ikzelf ben geboren op 13 mei 1947, in dat kleine kamertje op het Oosteinde 144a
(zie foto boven) tijdens een hittegolf, in een van de heetste zomers van de vorige eeuw, s'middags om half 1, dus ook het 13de
uur, (13 is nog steeds mijn geluksgetal).
Mijn ouders hadden een matras op de zwarte markt gekocht, wat meubels gekregen, en mijn vader werkte bij de Firma Hordijk als timmerman. maar eten was er ook nog niet zomaar te krijgen, dus iedereen had een distributie-kaart, ook ik als baby,
KIJK HIERONDER:
  DAARONDER FOTO'S VAN MIJN OUDERS MET MIJ 1949 OOSTEINDE 144A

         MIJN DISTRIBUTIEKAARTEN

 

We hebben  nog een tijdje op het Oosteinde 144a gewoond, ZIE FOTO'S HIERBOVEN, want mijn broer Koos is in Juni 1948 daar ook geboren, en in April 1950 kwamen de tweeling Henk en Jan erbij, en allemaal in dat kleine kamertje. Er woonde toen nog wat tantes en ooms in hetzelfde huis, dus het zal best wel druk en vol geweest zijn, maar er heerste toen onzettende huizennood, dus iedereen woonde toen in bij hun ouders/schoonouders. Toen kregen we eindelijk een huis aangeboden, ik was 3 jaar en had al 3 kindjes onder me, en we gingen wonen in SIBERIE, de krottenwijk aan het eind van de Buitenwatersloot, met veel gekregen en zelfgemaakte meubelen(opa vd Helm), gingen we daar heen. ZIE HIERONDER

 

                             SIBERIE                           MET MIJN BROERTJE KOOS 1951 in SIBERIE


We hadden daar  wel een tuin, (ZIE FOTO) maar daar hield de luxe op,we hadden zelfs nog een plee achter het huis, dat heette poeptonnen, en die werden door de poepauto een keer in de week

opgehaald. Mijn moeder was daar niet gelukkig, dus we hebben er niet lang gewoond,mijn ouders gingen ruilen, na 1/2 jaar hebben mijn ouders van huis geruild met de Fam. de Klerk Wolters,
die op de
Rotterdamseweg 83 woonde, dat was een klein huisje, in een straatje met 10 huizen en meer dan 50 kinderen, er was een blinde muur, die was van de school, en daar balde we tegen, we maakte er ook tenten tegenaan, de muur was ons baken, onze speelmuur, ons veilige plekje.
Van mijn omstreeks 4de jaar tot  mijn 14de jaar heb ik op de Rotterdamseweg  mijn jeugd doorgebracht, in het straatje van Bos, zo noemde wij het, maar waar ook de familie's Staak, van Houten, Bos, Molenaar, Westdorp, De Bruin en Makkus woonden.
In het "straatje" had iedereen het echt arm, op de "grote weg" hadden de mensen het iets breder, maar dat had je als kind niet zo in de gaten, behalve dan dat die kinderen een paar rolschaatsen helemaal alleen voor zelf hadden, en wij met z'n 20 of 30tigen niet één paar had, wij speelden wel veel met elkaar.
We gingen ook zomers iedere dag met een grote houten kar, die mijn vader had getimmerd, vol met oude dekens, spijkers, hamer, ballen, touwen, stapel oude Donald Ducks, brood en drinken naar de  Wippolder/TH wijk ,waar nu de TU Aula
  staat, we bouwden daar prachtige tenten, en we bleven de hele dag weg.
Ik was de leidster van de "bende", en buiten mijn eigen broertjes en zusjes, gingen we met  de kinderen Bos, Staak, Middendorp, Meijer en Bouman, want de kinderen van de weg hadden allemaal winkels, en die moeders werkten toen al hard mee, dus fijn dat je ze mee konden,we kregen flessen riedel mee van Meijer, appeltjes van Middendorp en allemaal brood mee, we gingen ons eigen gang, bemoeide ons verder met niemand, en als er iets gebeurde regelden we ook onze eigen zaakjes.
Als er een kind een gat in het hoofd viel, gingen we naar de portier van een TH gebouw
die een EHBO kistje had, en daar haalde we dan een pleister, en we speelden gewoon verder, waarmee? een touw, een bal, en met wat we daar vonden, in mijn gevoel waren we hele zomers bezig, altijd buiten, altijd bezig.

PRINS BERNARDLAAN              HET VOORMALIGE TERREIN VAN DE AULA

Mijn broertje Peter zakte een keer door het ijs bij de Prins Bernhardlaan, een man kwam een villa uitrennen met een ladder, door ons, en vooral door mijn gegil,
hij haalde Peter eruit, we hebben 3 uur met hem hardgelopen, tot hij weer enigszins droog was, en er nergens meer ijspegels aan hem hingen, mijn moeder kwam
daar dus niet achter, want dan werd ze boos, en als die boos werd?, 

 KIJK HIERONDER voor het STRAATJE:

HET "BOSSTRAATJE" VAN DE ROTTERDAMSEWEG, MET RECHTS
SJAAN VAN DER BOS DIE ER AL 65 JAAR WOONT, EN HAAR ZOON KLAAS

In het straatje of grote weg speelden we busje trap, verstoppertje en tikkertje, en
daar had je geen spullen voor nodig. Ook weet ik nog dat je op de hoek
Mijnbouwstraat een ijzeren hek had staan, en daar gingen we onder zitten met papier en pen, en schreven de nummers van de auto's op die langs reden, het was de oude weg naar Rotterdam natuurlijk, maar veel auto's kwamen er niet langs,
herinner ik me. Er was natuurlijk wel veel sociale controle op straat, maar binnenhuis werd er toch anders mee omgegaan, "we gaan niet de vuile was buitenhangen" en "hebben ze niks mee nodig" waren toch wel spreuken uit die tijd maar als er iemand ziek of dood ging, was er een burenwake.

Op de hoek van ons straatje zat kapper Zwang, die had een bloempotmodel en zette
die zowel bij jongens als meisjes op hun hoofd, zodat we allemaal hetzelfde model hadden, lekker kort, met opgeschoren achterkantje, vreselijk vond ik het, maar andere kappers waren niet aan de orde, volgens mij kreeg mijn moeder veel groepskorting.

 Rechttegenover het straatje, op de "GROTE" weg, het winkeltje van Tut Haar,
waar je snoep voor een cent kon kopen, en dat je daar heel moeilijk kon kiezen uit al dat verschillende soorten snoep, als je het geluk had om een stuiver, of zelfs een
dubbeltje te hebben, op de "GROTE " weg had je ook nog de winkels van de fam. Middendorp, Bouman en Meijer, er was natuurlijk wel het "standsverschil",
dat voelde je ook wel als kind, maar als je op hun kinderen pastte,
was je natuurlijk wel welkom.
Er was nu eenmaal in die jaren een enorm verschil of je uit een arbeidersgezin met
10 of meer kinderen kwam, of dat je ouders een winkel hadden, ook al hadden
die het ook niet altijd even breed, maar daar letten de mensen niet op.
Maar ondanks ons grote gezin, kon er bij ons altijd mensen aanschuiven, iedereen mocht binnen, kreeg koffie of thee, en het liefst toch met koekje, maar bij de "rijke" mensen was dat niet zo, ik kon daar nooit aanschuiven, maar eerlijk gezegd,
dat vond je ook allemaal heel normaal, zij gingen naar Drente op vakantie, wij een dagje Drievliet, zij kregen fietsen, rolschaatsen en stelten met verjaardag, wij schriftjes en potloden of zelfgemaakte spulletjes, maar toch was je blij en ik zeker was nooit jaloers, je accepteerde dat het zo was........
                                     KIJK HIERONDER VOOR DE WINKELTJES

   

   

DE MIDDENSTAND OP DE "GROTE" WEG
BOUMAN-SIGARENWINKEL-MEIJER-MELKWINKEL- MIDDENDORP-GROENTEWINKEL-SPAR KRUIDENIER

In die 10 jaar dat we op de Rotterdamseweg woonden, werden er nog 6 kinderen geboren, dus huisje werd aardig vol, na de tweeling werd broer Peter geboren in Dec.1951, broer  Leo Aug. 53, mijn eerste zus Beatrix in Jan. 55, mijn zus Marja in
Sept. 56 , broer Andre Nov. 58 en  Hans 25 Dec. 1959.
We kregen nog een tweeling in 1961, maar die zijn weer elders geboren, daarover
later.
----------------------------------------------------------
Thuis speelde we het meest met papier en potlood, ik had een spelletje uitgevonden, dat lijkt het meest op Pim Pam Pet, maar dat bestond toen nog niet, of ik kende het niet, wij prikte een letter, ik had daarvoor allemaal onderwerpen opgeschreven, zoals dieren, steden, fruit, meisjesnamen enz. enz. en dan moesten
we zoveel mogelijk woorden neerzetten met die letter, wie er een had die niemand
had, kreeg een extra punt, wat de uiteindelijke hoofdprijs was, vermeld het verhaal verder niet, ook "Mens erger je niet" en "Ganzenbord" speelde we ook wel veel, meer was er niet...........
Hieronder op de foto, de tafel waar we altijd aan speelden,
---------------------------------------------------------------

ROTTERDAMSEWEG 83  1953/1954
v.l.n.r PETER. MAMA MET LEO, DE TWEELING JAN EN HENK
OP SCHOOT BIJ PAPA, ANNEKE EN KOOS

De ouders van mijn moeder woonden in Pijnacker, en daar gingen we dan ook wel heen, mijn vader op de fiets met 1 achterop en een wagentje achter zijn fiets
(die hij zelf getimmerd had), en daar nog een paar kinderen in, mijn moeder met de kleinste in de kinderwagen en ik er meestal naast, mijn vader fietste heen en weer, steeds kinderen ophalend, maar we waren er meestal al bijna als ik als laatste aan de beurt was, ik liep dan ook het laatste stuk maar.
Ook ging mijn moeder weleens met de bus, alleen met ons, maar als zij de tweeling
op haar arm droeg, moest ik de tas dragen, en op mijn broertje Koos passen, en ik was zelf net 4 jaar, en later zei mijn moeder weleens, dan liet je gewoon de tas staan, ja, ik was moe denk, er zaten luiers in, van die stoffen, en nog meer babyspullen.
Mijn opa en oma hadden een erf en kippen achter het huis, een boomgaard en altijd verse eitjes, helemaal leuk was het altijd, mijn oma is gestorven toen ik 6 jaar oud was aan TBC, en ik mocht haar een kus geven in de kist, ik was altijd doktertje met haar aan het spelen, met rangetjes en een glas water, kreeg je een rare kleur drank, maar hoe ziek ze ook was, ze liet alles toe.
Mijn opa kreeg na mijn oma's dood een "huishoudster", Marie heette ze, wij kinderen noemde haar tante Marie, en ze was echt niet aardig, en er werd gemompeld dat ze meer dan een huishoudster was, maar dat zei niemand  nooit hardop, van haar
kregen we altijd thee met melk, en hoe vies we het niet vonden, we moesten het opdrinken.Mijn opa Jaap uit Pijnacker ging dood toen ik 10 jaar was, en daarna gingen we nooit meer naar dat
Dorp van Sonneveld ,wat een heimwee, wel kregen we toen een erfenis, het huis met erf en kippen werd verkocht, en verdeeld onder 5 kinderen, mijn moeder en haar twee zussen en twee broers, spullen en geld kwamen ineens vrij, dus allemaal nieuwe kleding en er werd even niet gepoft, schulden werden betaald, kolenhok weer vol, en allemaal warme jassen en schoenen.

    

OPA JAAP VAN DE HELM     KERKWEG PIJNACKER     GREET EN HERMAN DE COCK


Mijn moeder, en de andere vrouwen in ons straatje waren constant zwanger, maar
wij kinderen dachten daar niet echt over na, hun dikke/dunne buiken brachten we
niet echt in verband met baby's, de meeste vrouwen hadden trouwens altijd een
dikke buik, ook als ze niet zwanger waren, we accepteerde alles zoals het kwam.
Eeen buurman die na een geboorte een keertje opperde dat hij inderdaad
de ooievaar s'morgens had zien vliegen, maakte toen meer indruk dan barensweeen, herinner ik me, we stonden toen de hele ochtend naar de lucht te staren...
Baby's en gehuil, krijsen en gillen, alles was gewoon, de buren waren eens een
keertje een baby kwijt, daar liep het zusje mee op de "Grote" weg in
haar rieten poppenwagen.

Mijn moeder is altijd thuis bevallen, eerst werd ze door een non geholpen, die was vroedvrouw, later werd dat Jufrouw van Tol van het Rietveld, er waren  nooit complicaties, wij kinderen gingen de straat op, of bij de buren, maar meestal
gebeurde het s'nachts en dan werd je s'morgens met een nieuwe huisgenoot verblijd.
Broertje Hans werd geboren toen we naar de Kerstnachtmis waren, we kwamen
zonder papa, thuis uit de kerk, toen we babygehuil hoorden, en we Hansje mochten aanschouwen,dat was pas een Kerstcadeautje, ons Hansje, vooral ik vond hem erg bijzonder, ik was 12 jaar en zeeeer gelovig in die tijd.

We zijn van huis uit Roomskatholiek, dus meestal de volgende dag gingen we het nieuwe kindje met z'n allen dopen, want verbeeld je dat het dood ging, dan kwam het niet in de hemel, ikzelf ben in de Maria van Jessekerk aan de Burgwal gedoopt, mijn 3 broers onder mij ook, de andere 6 kinderen na mij zijn in de Sacramentskerk  gedoopt aan het Poortplein, Vader, kinderen en Peter en Meter liepen dan in een plechtige optocht naar de kerk, moeder bleef achter, die moest nog 10 dagen rusten, die kreeg lekkere biefstukjes met roomboter om in te bakken, en

   

MARIA VAN JESSEKERK BURGWAL    SACRAMENTSKERK POORTLANDPLEIN


bloedzuster bloedwijn om weer aan te sterken, we kwamen dan stiekem bedelen
voor stukjes biefstuk, lekkerder heb ik het nooit meer geproefd.  
Nieuwe kindje kreeg mooie kleertjes aan, wij onze zondagkleding, en in die lege kerk, waar alles hol klonk, je voetstappen en stemmen, en je bijna niet hardop durfde te praten, zo mooi en plechtig was alles, en dan werd je nieuwe broertje of zusje
gedoopt, ze kregen meestal de naam van de betreffende Meter of Peter, die waren vanaf dat moment verantwoordelijk voor de baby, als er iets met onze ouders zou gebeuren, wij stonden allemaal om de doopvont heen, er werden gewichtige Latijnse woorden gezegd, Baby kreeg gewijd water over het hoofd, meestal brulde die kleine dan van schrik van het koude water, en daarna kregen we een gewijde doopkaars en gingen we met de gehele stoet weer naar onze moeder.
Kindje werd weer in gewone kleertjes gehezen en in de wieg gelegd, en alles werd
weer gewoon tot de volgende baby zich weer aandiende...
Maar alles in huis rook naar baby, zwitsal baby,ik vind dat nog steeds heel lekker ruiken, een kraamverzorgster in huis, dat was gezellig, papa was een dag thuis,
het was een beetje veel feest, veel visite, baby vasthouden, en papa zei altijd,
"waar er 9 of 10 of 11 kunnen eten, kunnen  er ook 10 of 11 of 12 eten, enz. enz.
En zo werd ons huisje steeds voller en kleiner........

ROTTERDAMSEWEG 83    MEI1957

 ---------------------------------------------------------
Als we 7 jaar waren, mochten we onze
1ste Communie doen, dat was heerlijk, dan stond je de hele dag in het middelpunt, er kwam veel visite, je kreeg kadootjes,
meestal rozenkransen en kerkboeken, maar daar was je toch heel erg blij mee,
er werd een witte jurk genaaid, nieuwe lakschoenen, en een nieuwe witte strik,
soms hadden meisjes kroontjes, maar dat was voor ons te duur. Er werden krullen gezet, en dan werd je ook nog een
bruidje van God, helemaal gelukkig was ik, plechtige mis, de kerk helemaal vol, helemaal voor ons, een dag ervoor ging je voor
het eerst
biechten, dat was ook heel wat, wat vertelde je dan als 7 jarige?? ik heb gejokt, ik heb mijn broertjes gepest,
ik heb mama een grote mond gegeven, tja
grote
zonden, en dat moest je dan allemaal aan de pastoor of kapelaan vertellen, heel eng, maar als je uit het biechthokje kwam, die rook naar de boenwas, met tralie's ervoor, dan was je zieltje schoon en rein.
En dan zondag, jouw dag, je eerste hostie, heilig was je gelijk...,

NA DE DOOP IN MARIA VAN JESSEKERK POSEREN OP DE MARKT1947 -
1STE COMMUNIE ROTTERDAMSEWEG Mei 1954

   

VRIENDSCHAPPEN

Ik was het best bevriend met Anja Bouman,ZIE FOTO  ze was 3 jaar jonger, maar ik ging heel graag met haar om, haar ouders hadden de sigarettenwinkel op de "Grote" weg, en hadden in totaal 3 kinderen,Kees haar jongere broer, en later werd nog Ronnie geboren,  haar vader is jong gestorven, hij had ook een schildersbedrijf aan het Oostblok,  mijn ouders leende weleens geld van hun, tot de kinderbijslag, en ik moest altijd het briefje
brengen, waar het in gevraagd werd, ik kreeg dan meestal als antwoord, "zeg maar tegen je vader dat het goed is", opgelucht ging ik weer naar huis.
Ik kon weinig met haar alleen spelen,
ik moest altijd wel wat kleintjes meenemen,
en dat vond de moeder van Anja weer niet
zo geslaagd. We speelde met "haar" poppen en speelgoed, ook knipte we uit oude tijdschriften mensen en spullen, en deden daar wat mee, ik mocht ook altijd haar stelten en/of rolschaatsen lenen. Naast de winkel van Bouman
woonde Lida Spuijbroek, daar speelde ik ook weleens mee. Zij en broertje Ruud? mochten niet fietsen op zondag, dan leende ze stiekem de fiets van mijn moeder, en dan gingen we toch een eindje fietsen. Ook heb ik ooit in hun bijzijn een jongen gezoend, maar dat heeft Ruud, haar broertje toen aan hun moeder verteld, ze mocht toen even niet meer met me spelen. Maar meestal speelde we met z'n drieeen, Lida , Anja en ik. Ik was weleens jaloers op Lida, want Anja haar moeder vond Lida veel geschikter voor Anja om mee te spelen, dat voelde ik zo aan.Ooit ben ik wel gevraagd of ik mee op vakantie met hun mocht, ook een beetje oppassen op Ronnie, maar mijn moeder vond het niks, die kon mij weer niet missen voor haar kinderen, toen ging Lida mee.Ooo ik kan me nog wel herinneren hoe verdrietig ik daar van was, maar ja het was niet anders..

DE WINKEL VAN BOUMAN
       
Wij kochten er altijd de 
Miss Blance voor mijn moeder,
mijn vader rookte een pakje shag
in de week, en zaterdag haalde we
een pakje Chesterfield.
We mochten toen gewoon
sigaretten halen als kind.

Verder voor mijn vader
rolletjes rang, italiano,
king pepermunt
en stophoest, e.a.
die deelde die dan uit aan ons.
                              


 

In het straatje zelf had ik altijd verkering met 2 broers, Leen en Dook van der Bos,
mijn overbuurjongens, had ik met de ene wat, dan had ik met de andere weer ruzie, met Leen speelde ik altijd met mijn poppen en we waren altijd aan het tutten, Dook was wat stoerder, daar ging ik weer anders mee om, toen ik verhuisde op mijn 14de ging ik met Dook om, erg verdrietig was ik, we hebben afscheid genomen in het Zuidplantsoen, en toen zong hij voor me, "Jij moet gaan" van Ria Valk,  maar eigenlijk ging ik gewoon een wijk verder wonen, in de Krakeelpolder, maar vroeger leek dat wel emigreren, dus verkering uit, en verder met mijn leven, later kwamen we tegenover elkaar te wonen op de Kloosterkade, maar verder heb ik hem nooit meer gezien.

 HERENPAD IN DE 50 JAREN

 

We gingen altijd bij iemand in het Herenpad ,woensdagmiddags en zaterdagsmiddags kindertelevisie kijken, we zwaaiden toen nog naar tante Hannie, onze favoriete omroepster, we dachten echt dat ze ons ook zag, we zaten toen echt met wel 20 kinderen in een klein kamertje als een wilde terug te zwaaien, we betaalden één stuiver per kind per keer, dan konden die mensen weer hun televisie mee afbetalen,  maar ja als je veel kinderen  had, werd het een duur grapje, dus bij uitzondering mocht je, onze ouders gingen soms wel  kijken bij bijzondere
uitzendingen, maar volgens mij mochten die voor niks, maar ze namen wel koffie of koeken mee, s'avonds waren de uitzendingen van 20.00 tot ong. 22.00 uur.

Ik herinner me zelf van de kinderprogramma's:
Dappere Dodo   Okkie Trooy  Swiebertje  Pipo de Clown  Fabeltjeskrant
 
                                 
Morgen gebeurt het......
  spannend vond ik dat altijd.
                                       
FRAGMENT

                                              Andere nostalgie, KLIK HIER  BEELD EN GELUID

Toen ik 15 jaar was, kregen we zelf thuis televisie, dat was in 1962, en het eerste
wat we zagen toen die aangesloten werd, was een dikke zwarte zangeres,
MAHALIA JACKSON, WEET IK NU.....
 --------------------------------------------------------------------

SCHOOL

Mijn eerste school was volgens mij de kleuterschool op de Nieuwe Langedijk, maar
erg zeker ben ik niet. wie het weet mag het zeggen, maar daarna dus naar de
 
Cornelis Musius en de Geertruida van Oostenschool in de Wippolder  we waren Roomskatholiek , dus voor de school begon, gingen we eerst met z'n allen naar de kindermis, het kindermis bezoek werd in je rapport vermeld,  in de Simonsstraat naast de Kerk zat de Frobelschool
waar ik eerst de kleinste kinderen heenbracht, en dan zelf naar school ging, onze moeder ging nooit mee, en ieder jaar kreeg je weer een nieuw kindje mee, goed handje vasthouden van Anneke, en naar haar luisteren, en daar gingen we dan, hoek om naar links, de van Speykstraat in,
Maarten Trompstraat oversteken, de Piet Heijnstraat door, oversteken bij de
Mijnbouwplein en de Mijnbouwstraat in, zo de Sacramentskerk
in, en dat s'morgens om 8 uur, 12 uur thuis eten, om 14 uur weer naar school, en om 16 uur weer naar
huis, ook zaterdagsochtends van 9 tot 12
.

 

     VAN SPEYKSTRAAT                                 PIET HEINSTRAAT

Op school spaarde we zilverpapier voor de arme negertjes, zo werden ze echt genoemd, nikkertjes ook dus, en die gingen naar de hel volgens de priesters toen, jajajaja we spaarde dus ook de doppen van de melkflessen, en de kast waarin dat bewaard werd op school, stonk altijd een beetje zurig, maar we namen ze altijd mee, ook correspondeerde we met meisjes van onze leeftijd in Suriname, dat was ook leuk.
Ik heb in de eerste klas  Juffrouw Venselaar gehad, vierde en vijfde les gehad van Juffrouw van der Knaap,   in de zesde van zuster Gertrude, die vond ik
heel lief, ze had me weleens verteld dat ze zelf ook uit een groot gezin kwam, ik ben nog wel eens bij haar op bezoek geweest in het klooster, na mijn schooltijd, samen
met Anneke van Zomeren, daar was ik dikke vriendinnen mee, vanuit school, zij
woonde in de Aleid Buserstraat op de hoek, en ze had 2 oudere, en 1 jongere zus, ik ging graag met haar om, maar ineens op mijn 15de was het weer over.
We hadden op school een speelplaats waar jongens en meisjes moesten spelen,
maar wel gescheiden door een stenen muurtje, daar moest je een meter vanaf blijven ongeveer, de jongens dus ook, dus die waren eng, toen we gezamelijke dingen
moesten doen, in de kerk b.v bij ons Doopbeloftes, waren het net wezens van een andere planeet, terwijl de school daarvoor heel lang gewoon gemengd is geweest, maar de nonnen beslisten anders, en zo groeide je op school op met de gedachte dat je niet bij elkaar hoorden, het is dat ik met broers en jongens in de straat bent opgegroeid, Verder herinner ik me eigenlijk zeer weinig van school:

Namen die ik herinner van mijn school Geertruida van Oostenschool:

Meester Waardijk Juf Sprenger  Juf van de Knaap
Zuster Gertrude  Juffrouw Venselaar


Truus van de Sman, Anneke van Zomeren, Beppie Bruens, Joke Kraus, Lies de Wit, Gonnie de Vette, Ria Schotting, Suze van de Bos, Tineke Bos, Maria Heemskerk, 
Corrie of Ria  Duijndam, Netty Krapels, Hennie Krempels, Els Suiker, Dini de Vreede.
       ------------------------------------------------------------------------------

Onze vader werkte ook op zaterdagochtend, en kwam meestal gelijk met ons thuis, en dan kwam bakker Verleg uit de Kloosterkade (ZIE FOTO) heel veel brood brengen, koekjes, krentenbollen, de hele tafel lag dan vol, en hij kreeg altijd een bakkie koffie, hij kwam iedere dag, net als de groenteman, de slager, en er werd meestal betaald van de kinderbijslag en mijn moeder ging eens in de 3 maanden betalen, we kregen natuurlijk een berg geld, maar dat was ook wel nodig met zo'n groot gezin, en er werd natuurlijk overal gepoft, maar dat was gewoon in die tijd, en daar waren de middenstanders natuurlijk ook heel blij mee.Ik haalde altijd de boodschappen overal, kolen haalden we ook, bij de Asvest, als we geld hadden dan, want dat moest contant, anders werd er houtafval gestookt, de visvrouw,schillenboer en Appie de lorrenboer kwamen ook geregeld langs.
We aten zondags runderlappen, en die stonden dan urenlang op een petroleumstel te pruttelen, heerlijk, wel deed mijn moeder de hele week water bij de jus, want veel vlees was er verder niet, hoogstens weleens woensdag een klein gehaktballetje.
In de 50er jaren was er ineens sprake van oorlogsdreiging, de rooie, de communisten, de meeste waren erg bang toen, ik geloof dat er toen oorlog in Korea was, en de mensen gingen gelijk hamsteren, lucifers, suiker en koffie werden druk ingeslagen, en de kruideniers hadden ineens lege planken.
Mijn vader had een hout en papierkacheltje, en ook later toen we een gaskachel hadden,
deed die zijn kacheltje echt niet weg, hout en kranten, alles bewaarde die, nu begrijp ik het wel, de angst voor weer een oorlog zat er diep in, en ze namen het zekere voor het onzekere natuurlijk.




KLOOSTERKADE BAKKERVERLEG
APPIE SMINK MET ZIJN LORRENKAR

VISVROUW OP DE BEESTENMARKT

We woonden met z'n allen natuurlijk  in een piepklein huisje, volgepropt met kinderen, en onze ouders sliepen beneden in de voorkamer, daar had mijn vader ook een installatie gemaakt, kon die er een hoogtezon aan hangen, zo konden er 3 of 4 kinderen tegelijk onder liggen, inplaats van levertraan was dat wel een verbetering ,
we kregen allemaal een brilletje op met elastiek, de striemen stonden er de volgende dag nog in, en we mochten het niet stiekem oplichten, dan werd je blind.
Ook hadden we een toverlantaarn, heel af en toe, werd het donker gemaakt, en werd de lantaarn uit de doos gehaald, stilstaande beelden waar we van genoten, van de 7 geitjes en Sneeuwitje, maar ook Abe Lenstra en Fanny Blankers-Koen, dat was altijd leuk.

Mijn moeder deed maandag de was, met een langzaamwasser en wringer was ze de hele dag bezig, wij moesten dan draaien aan de wringer als we uit school kwamen, en ik kon dan dinsdag met de strijk beginnen, de hele strijk in mijn eentje, iedere week, en daar kwam geen eind aan, theedoeken, slopen, zakdoeken, jurkjes, overhemden, bloeses, broeken, alles werd gestreken, door mij dus.
Afwassen moest ik ook altijd alleen doen, bedden rechttrekken, stoffen, en voor de
rest van de kinderen zorgen, mijn broertjes deden niks, zaten lekker een spelletje te doen, waren jonger, maar mochten s'avonds buiten spelen, ik bij hoge uitzondering.
Zaterdags gingen we in de teil, vader ging dan de broodtafel verzorgen, en om z'n beurt werden we naar de keuken geroepen, waar we ons moesten uitkleden achter de deur, er werd uit het fluitketeltje van het gasstel, heet water bij geschonken, en zo kon je een kwartiertje in je broers vuil zitten, je moeder pakte intussen met een hard washandje en wat zeep erop je oren en nek aan, zodat die knap rood werd, ook werden we 1x in de week ontluisd, een krant op tafel, je hoofd naar beneden, zo enge kam en ze trok je haar er bekant af, zo zeer deed het, luizen had iedereen in onze buurt, dus het was vechten tegen de bierkaai.

We hadden ook allemaal een borstrok met daarop een veiligheidsspeld met Maria eraan, jaren later zag je nog waar die had gezeten, zaten ze vol met roestplekken , omdat je maar een borstrok had, werd die af en toe gewassen en aan het rekje bij de kachel gehangen, maar meestal vochtig weer aangetrokken,
en met een vochtig huis erbij, hadden we bijna allemaal bronchitis thuis.
Ikzelf had altijd oorpijn, was ook doof als kind, kon trouwens al heel vroeg goed liplezen, maar na een paar operaties aan mijn oren en neus, ging het wel weer aardig, wel veel oorontstekingen gehad, was veel ziek als kind, met mijn 12de jaar hebben ze pas mijn amandelen geknipt, ik bloedde erg, en lag een paar dagen beneden in mijn ouders hun bed, dat was trouwens toch wel een toevluchtsoord soms, ik had weleens nachtmerrie's, en dan vloog ik naar beneden.

                                                   ------------------------------------------------------------------------------

Mijn moeder kon helemaal niet lekker koken, dus alles was altijd doorgekookt of niet gaar, soms vergeten zout erop te doen, ze had er totaal geen interesse in, we hadden bijna nooit vlees, alleen zondags rundvlees, en dan werd er de hele week water bij
de jus gedaan, en een klont boter, soms hadden we woensdags gehaktballen, maar die waren meestal klein en in elkaar gebakken, vrijdags mocht je geen vlees eten,
dan kregen we vis, maar met Kerst hadden we konijn, in Januari werden er kleintjes gekocht, in een hok gezet, en we moesten het hele jaar gras snijden voor ze, in December kwam er een man van mijn vaders werk, hij slachtte de konijnen,
mijn vader kon dat niet, en liet ze dan leegbloeden en afsterven, en 2 dagen later rook het hele huis zoooo lekker naar gebraad, mijn oudste broer moest niks van het konijn, maar ik wel hoor, heerlijk, er werd soep gekookt van de ingewanden, mijn vader kreeg dat allemaal op zijn bord, bahhhh ik eet nog steeds geen orgaanvlees, maar zo'n poot was toch niet te versmaden, heerlijk. Ook hadden we alleen maar zoetigheid op brood, een onsje boterhamworst was er soms wel, maar ja veels te duur he, mijn vader werkte als timmerman, eerst bij de firma Hordijk, later bij Hallensleben in Den Hoorn, hij werkte op stukgeld, dus de pauzes werkte hij ook door, en hij had dan soms boterhammen met bruine basterdsuiker over, brrrrrr, ingetrokken in het brood, hij vroeg dan of iemand een boterhammetje wilde, niemand dus, maar ik weet wel dat ik het uit zieligheid opat. Zelf deed ik 4 boterhammen met een ei, heb het later nog weleens geprobeerd, maar ik kreeg het niet meer voor elkaar dan dat ik op elke boterham een stukje ei had.

                                          ----------------------------------------------------------------------

Bijna om de anderhalf jaar kregen we er een kind bij, we waren katholiek en geboortebeperking was er nog niet zo druk, maar ik heb nooit gemerkt dat het een belasting was , of dat ze niet welkom waren, wel moesten we steeds een plekje vrijmaken, ik als oudste meisje met 5 jongens direct onder me, had het kleinste kamertje, maar wel meestal alleen, toen ik mijn eerste zusje kreeg,  was ik al bijna 9,
en werd de wieg bij mij neergezet, toen er nog een zusje kwam , kwamen die 2 weer
bij elkaar, dus was ik weer alleen, de jongens sliepen uiteraard allemaal bij elkaar
Ik moest de baby's altijd de fles geven, en als ik uit school kwam,moest ik een banaan prakken met rooscevitam, en de kleinste dat geven, lekker aan de lepel likken, heerlijk, anders morste je, en dat was zonde, ook een schone luier geven, zoet en bezig houden, en de kleintjes op schoot nemen, was een van mijn taken,

Mijn broertje Andre viel een keer van de trap, hij was nog geen 2 jr.., maar hup werd weer op zijn beentjes gezet en mocht niet huilen, maar 2 dagen later ging ik met mijn vingers in een zacht plekje op zijn hoofd, terwijl hij bij mij op schoot zat, mijn moeder ging echt niet naar een dokter hoor, Andre werd achterop bij mij op de fiets gezet,
en ik naar het ziekenhuis, na een hele tijd wachten kwam er een verpleegster naar me toe, of ik zijn pyjama wilde halen, hij had namelijk een scheurtje in zijn schedel en moest blijven, ik huilend op de fiets terug, ik was 11 jr.. toen, en thuisgekomen,
kreeg ik het benodigde, en kon ik weer terug, zo ging het.....
                              -------------------------------------------------------------

Omdat we het straatje woonde en het afliep van de "Grote" weg, liep het met een
fikse regenbui altijd verkeerd af, het water stroomde dan het huis in, iedere zomer
was het wel een paar keer raak, mijn vader had bij de opslaande deuren naar het
kleine plaatsje een balk gemaakt, maar het water liep er gewoon tussen door en overheen, de wc kwam omhoog en de konijnenhokken lagen te drijven achter,
iedereen liep te hozen, en als het dan weer droog liep, konden ze het zeil dweilen,
er was geen geld voor steeds nieuwe, en schadevergoeding hadden we nog nooit
van gehoord, dus er hing altijd een muffe geur in huis, na de watersnoodramp,
was ik altijd aan het bidden met de kinderen of we aub niet zouden verzuipen,, en we keken dan uit het raam, en zagen alles drijven beneden op de achterplaats, en dat was heel bedreigend voor ons,  omdat we toen in februari dag en nacht bij de radio hadden gezeten, had dat vreselijk indruk op mij gemaakt, ook had ik een doosje met spulletjes gemaakt voor de slachtoffers, maar ik geloof
niet dat het doosje Zeeland heeft gehaald.              


KOLONIEHUIS ST.ANTONIUS BOXTEL

 


Toen ik 11 jaar was, moest mijn broertje Peter van 5 jaar toen, naar een gezondsheidskolonie, hij moest met zijn 7de geopereerd worden, en hij moest een beetje aansterken van het consultatiebureau, maar omdat die nog zo klein was, moest ik mee, volgens mij niet omdat ik niet gezond was, maar om mij eens een keertje te ontlasten, zo voelde ik het echt toen, en dat liet die dokter ook wel doorschemeren, mijn moeder was het er helemaal niet mee eens, maar durfde niks te zeggen, dus daar ging ik met Petertje in de trein, de wijde wereld in,
en kwamen in de St. AntoniusKolonie in Boxtel terecht.
Ik vond het best wel eng, maar ook spannend , maar eenmaal daar werden meisjes
en jongens gesplitst, dus had Petertje nog niks aan mij, ja, ik mocht hem elke avond een kusje gaan geven, behalve als hij in zijn broek of bed had geplast, kan je na
gaan, hoe streng ze waren, dat ik dan ook gestraft werd en dat Petertje pas 5 jaar
was, nee, daar hadden ze vroeger geen boodschap aan, ik huilend in mijn bedje, ik vond het zo erg voor die kleine Petertje......

Ikzelf heb er genoten, ondanks het zeer strenge regime, want dat was ik thuis al gewend, dus weinig nieuws onder de zon, maar de vrijheid, de bossen, het gewoon niks doen, alleen maar aansterken, wel vies eten, soms aangebrande pap,
dat je dat op moest eten, vreselijk vies.
Maar ik vond het allemaal prachtig, de 6 weken vlogen om, wel ben ik nog een
weekje ziek geweest, ik had altijd oorontstekingen, en dus daar ook, ik lag in zo'n glazen kamertje , helemaal afgezonderd, en dat is niet leuk hoor, je kreeg echt geen boek of zo te lezen.

Halvewege de 6 weken, mocht er bezoek komen, ikzelf had nergens op gerekend,
want de reis van Delft naar Boxtel was veels te duur, dus dat had ik uit mijn hoofd gezet, maar ik had voor dat ik weg ging, op de Rotterdamseweg een type-schrijfmachine gevonden in een koffer, en had daar de hele middag op gepast, door erop te gaan zitten, maar er was niemand die koffer komen opeisen, dus om
17.00 uur naar het straatje met dat ding, nou dat werd een hele consternatie, de hele straat in rep en roer, die koffer herkende niemand, de een opperde dat er misschien een dood kindje inzat, de ander dacht weer aan een bom, op een gegeven moment, werd de koffer in het midden van het straatje gelegd en de dapperste deed het slot eraf, de rest stond allemaal verdekt opgesteld, nou toen was het dus een schrijfmachine,  ik naar het politiebureau, en die dachten wel dat ik wel een grote beloning zou krijgen, omdat het een duur ding was, nou de eigenaar kwam de volgende dag opdagen, ik kreeg een........................... kwartje.
De schrijfmachines waren  van een professor die er les mee gaf, aan de MULO op de Rotterdamseweg en die er een bij het inladen was vergeten.
Omdat de agent een stukje in de krant had laten zetten wegens dat kwartje, ging die professor zich blijkbaar schamen, en gaf alsnog een tientje, toen kon mijn moeder 
dus op bezoek komen, totaal onverwachts, nou ik lag ziek, en Petertje was helemaal overstuur, dus de sinaasappelen die ze had meegenomen, nam ze per ongeluk weer mee terug, en dat had ze in de trein pas door.

6 weken was er wel een heel streng regime, we mochten maar aan een kant gaan slapen, niet fluisteren of praten, er was een meisje die het toch deed, en met bed
en al in de badruimtes werd gezet, we hoorden haar allemaal heel hard huilen.
Toen ik aankwam had ik korsten om mijn mond, die had ik meestal, vitamine gebrek,
en ik mocht soms bij dokter Boonacker in het ziekenhuis onder de hoogtezon,
maar het hielp allemaal niks, ik mocht geen tomaten, aardbeien en chocolade nooit, niet dat we daar geld voor hadden, maar toen de desbetreffende non/directrice
mij zag, de eerste dag met die korsten, beloofde ze een reep chocolade, als ik na 6 weken er van af was,  ik er 6 weken niet aangezeten, geen foute dingen gegeten,
maar het ging niet weg, dus ik kreeg ook geen reep.
We hebben nog een lied en dansje ingestudeerd, omdat er iemand zoveel jaar
aan het werk was daar, en altijd als ik die melodie hoort, denk ik daar aan.
Verder heb ik weinig herinneringen, misschien maar goed.
Toen we op het station van Delft aankwamen zocht ik mijn moeder, maar kon haar
echt niet vinden, wel riep er een platinablonde vrouw naar mij, ineens zag ik dat het mijn moeder was, ze had haar haar in die tussentijd geblondeerd, ik herkende haar niet.Toen ik thuis kwam stond er een kindje in de box te schreeuwen, en die kreeg ik
gelijk op schoot met pisluier en al, ik was gelijk weer terug, ik vond ons huisje ineens heeeeel klein. Ik was 2 kilo bijgekomen, Petertje waar het allemaal op draaide ,
was een kilo afgevallen.
-------------------------------------------------
Later werd hij geopereerd, dat was een hele heftige operatie, ik meen door Dokter Verschuil, die was heel kundig, maar dit was wel de eerste keer dat ze dit deden, een stukje bot bij zijn andere botten plaatsen, hij had een bot minder, daardoor een kuil in zijn borst, anders zou het op oudere leeftijd zijn hart dicht knijpen, er waren daarvoor mannelijke familieleden aan overleden.
Hij heeft nog een tijdje met rugbeugel gelopen, maar het is allemaal goed gekomen met hem. later heeft hij zich nog wel een keer laten opereren want het kuiltje was er weer wellenswaar lager, maar toch beter als dat werd verholpen.
het heeft toen ook heel veel indruk op mij gemaakt, ook ging ik een keer mee met mijn vader naar het ziekenhuis, die ging bloed afstaan voor Peter, als het soms niet goed zou gaan, tja en kinderen mochten niet op bezoek he?
 ------------------------------------------------------------------

Toen ik 12 jaar was, ging ik bij Groenteboer Kleijn (zie rechtse foto)  aan het begin van de Rotterdamseweg werken, donderdagmiddag en zaterdag de hele dag, dan was ik vrij van de Huishoudschool, ik kreeg 1 kist stekkies en 10 gulden, alles gaf ik thuis af.
Ook ging ik bij een oude mevrouw van Uffelen, haar zoon had een kledingszaak in de Jacob Gerritstraat, via de kerk koper poetsen, dat vond ik niet leuk, want die mensen keken erg op je neer, maar ja weer een tientje.De huishoudschool ging ik tegen mijn zin heen, ik had graag lerares geworden toen, maar er was geen geld voor opleidingen, en ze hadden het geld hard nodig van  wat ik verdiende.
Toen ik 12 jaar was, kwamen er 2 mannen s'avonds bij mijn ouders langs, ik werd op een gegeven moment uit bed gehaald, en ze vertelde me dat er een huis was aangeboden aan de Krakeelpolder, een huis met 6 kamers en een tuin, maar veel duurder, van 5 gulden naar 20 gulden kon niet zomaar, dus ik moest gaan werken, en dan konden we dat huis accepteren.

Dus ik moest van de opleidingsklas af en naar een gewone 5de en 6de,
daaaag lerarenopleiding en ik voelde me zelfs zeer vereerd, omdat ze zonder mij niet dat huis konden bekostigen, dus inplaatst van naar M.U.L.O, waar ik heel graag heen wilde, ging ik naar de huishoudschool St. Agnes aan de Voorstraat

          


1961 HIER STA IK MET MIJN KLAS VAN DE ST.AGNES 
VOOR DE HIPPOLYTUSKERK AAN DE VOORSTRAAT1961
Bovenste rij: Truus van de Sman, Loes Vuik, Meta Voskuil, Sjaan Schaareman,Truus Nieuwenhuizen
Middelste rij: Maria van Wingerden, ikzelf, Hennie Bos, Marian Beek.
Onderste rij: Lies de Wit, Gerda Smits, Jose Bouwer, Ria Zonneveld

Op die school twee jaar dingen leren die ik al jaren deed, schorten en slopen leren naaien, kooklessen, strijken, ik nam wel in mijn strijkles veel strijk mee, en deelde dat uit aan mijn klasgenoten, scheelde mij weer werk thuis. Ik ging over met de hakken over de sloot, ik vond de lessen niet leuk, kookles was erg, je moest al je eigen verbrandde eten gewoon opeten, van die verbrandde rijst met ook nog aangebrandde kerrie, die ik toen gewoon moest opeten en van moest overgeven, heb ik voor de rest van mijn leven genoeg gehad, nooit meer lekker gevonden.

 WERKEN IN HET HIPPOLYTUS ZIEKENHUIS

 

HIPPOLYTUSZIEKENHUIS AAN DE PHOENIXSTRAAT
KINDERZAAL- KAPEL - BUITENKANT - INGANG

 

Omdat we katholiek waren, kreeg ik na mijn 'opleiding" werk in het toenmalige Hippolytusziekenhuis aan de Phoenixstraat, ik begon in de wasserij, bloedje heet, en vreselijk zwaar werk voor iemand van 14 jaar, in het half uurtje pauze die je had,
moest je boven in het klooster onder leiding van nonnen je brood opeten, niet giechelen en gewoon eten, dus we konden als jonge meiden uit geen kant op.
Ik werkte veel samen met ene Riekie uit Kwintsheul, ben weleens bij haar thuis geweest, zij kwam ook uit groot katholiek gezin.

Na een tijdje ging ik het Mariapaviljoen werken, dat waren allemaal kamertjes
van glas, waar besmettelijke ziektes en zwaar zieke mensen afgezonderd lagen.
Daar werden ook op een gegeven moment onze laatste tweeling neergelegd, omdat mijn moeder geopereerd moest worden, en de tweeling pas een paar maanden oud waren, kon mijn moeder ze gewoon voedden, en ik kon op ze letten en
ik mocht ze ook verzorgen en eten geven.
Na een paar maanden werd ik het daar zat, en ben ik bij de melkwinkel in de Harmenkokslaan van Van Schie gaan werken, maar daar heb ik het ook niet lang uitgehouden, ik vond het niet zo leuk, ik heb het topje van mijn vinger er gelijk met de kaas afgesneden,en ik was een keer met een paar meiden uit de straat naar de kroeg op de hoek geweest, en toen kwam mijn baas het tegen mijn ouders vertellen, terecht natuurlijk, maar ik was vlug weer weg daar, en toen ben ik bij Boekbinderij Meinema gaan werken op de Brabantse Turfmarkt, waar je nu de Sigarenfabriek hebt.

VERHUIZEN

Op mijn 14de, ook nog in Mei, gingen we verhuizen, mijn vader en wat broers,met een zelfgemaakte kar vol met spullen, lopende door de Irene tunnel, die pas klaar was in 1960, er was nog weinig verkeer, dus naar de Krakeelpolder achter de Irenetunnel, de Schrobbelaarstraat, huizen voor grote gezinnen, wij dus ook, ik vond het vreselijk in
het begin, al mijn vriendjes en vriendinnen moest ik achter laten, het was helemaal kaal, met hier en daar een lantaarnpaal, geen boom, geen struik, ik vond het helemaal niet leuk, mijn moeder was hoogzwanger van de laatste tweeling, die ging alles inpakken, vader en wij gingen alles zoveel mogelijk inrichten, maar het huis was zo'n stuk groter, dat onze oude spulletjes er bijna niet meer opvielen.
Toen we de tafel hadden gedekt voor het avondeten, kwam mama binnen, en toen gingen we voor het eerst eten in het nieuwe huis, zoveel ruimte ineens, ik had gewoon weer een eigen kamertje, wel 2 bij 2 maar wel alleen. 

 

WORDT VERVOLGD

 

Home | Mijn boeken | Boekenlijsten | Leesclub | Links boeken en meer | Gedichten-Poezie | Wijsheden-gezegdes | Uittreksels | Kunst Holl.schilders 1 | Kunst Holl.schilders 2 | Kunst Holl.schilders 3 | Kunst Kahlo | Kunst Gustav | Kunst Wereld-schilders | Muziekclips | Klass.Muziek-Musea | Hollandse Muziek | Nostalgie | Familiefotos 1 | Familiefotos 2 | Links Delft | Kunst Delft Blauw | Mijn verhaal | Gastenboek | Mijn denkwijze | Kaperschip Carnaval | Cafes + Bezoekers | weblog | Onze dieren | Nieuwe Boeken | Boeken A B C | Boeken D E F | Boeken G H I | Boeken J K L | Boeken M N O | Boeken P R S | Boeken T U V | Boeken W Y Z | Dubbele boeken | Columns | Vrouwen | Pin-ups | Plaatjes-pagina | Plaatjes allerlei | Plaatjes links

Laatste wijziging op: 11-04-2007 09:47